maandag 18 februari 2013

Opmerkingen bij voorstel nieuwe loopbanen

Beste ACOD-lid,

Hieronder enkele van mijn eigen opmerkingen op het voorstel Bogaert.
Door tijdgebrek heb ik me beperkt tot voorbeelden uit niveau B.
Doch zullen de meeste opmerkingen in een of andere zin ook voor de andere niveaus opgaan.
Samengevat:
1) quid inschaling huidige toestanden?
2) nieuwe schalen te laag en houden geen of onvoldoende rekening met incorporatie
competentiepremies
3) willekeur beoordeling en kapot maken teamgeest
4) nieuw loopbaanverloop te traag
5) te kleine jaarlijkse verhogingen
Om 4) en 5) op de vangen dienen er eigenlijk overal 1 of 2 schalen minder te zijn.

Met kameraadschappelijke groeten
Filip Van Bever
ACOD-afgevaardigde FOD WASO
www.acodwaso.blogspot.be

------------------------------------------------------------
Beste Walter,  Beste Guido,

Enkele van mijn bemerkingen, waarin meteen bemerkingen van collega's vervat zijn:

1) Het vervangen van een loopbaansysteem van 3 weddenschalen door een van bijv. 6 weddenschalen, is een beetje als het invoeren van een nieuwe munteenheid.
Daarbij rijst meteen de vraag welke de 'wisselkoers' is waartegen men de oude loopbanen zal inruilen.
Principe dient te zijn dat niemand verlies mag oplopen. Zoniet is dit duidelijk bedriegerij.
Voorbeeld:
Iemand met BT1 (8 j anc) + 2000 pco,  zal minstens BT3 moeten toegekend krijgen
Iemand met BT2 (21 j anc) + 2000 pco, zal minstens BT6 moeten toegekend krijgen

2) Behalve de inschaling van de ambtenaren die thans in dienst zijn (zie 1), stelt zicht uiteraard de vraag naar het verloop van de toekomstige weddenloopbanen.
In bijlage 'voorstel Bogaert.pdf' voegen we een vergelijking van het 'ideale' loopbaanverloop volgens enerzijds het huidige anderzijds het Bogaert-systeem. We gaan daarbij hypothetisch uit van een 'gunstig' verloop, zonder haperingen in competentiemetingen / resp. zonder haperingen door atypische evaluaties.
Het is duidelijk dat door het voorstel Bogaert het verloop van de verloning een stuk ongunstiger zal zijn. Op enkele periodes na bedraagt de wedde in een BT/BA-schaal zo'n 3 à 10% minder.
In de grafiek geeft de rode lijn de 'nieuwe' loopbaan voorstel Bogaert weer. Deze is en blijft doorgaans onder de blauwe lijn (huidig systeem). Op loopbaanniveau is dit bijna 27.000 € minder...

H. Bogaert hield voor dat dit geen besparingsoperatie was. Maar de cijfers die hij zelf voorstelt spreken dit tegen. Zijn cijfers kloppen niet met wat hij voorhield. Door het wegvallen / onvoldoende integreren van de competentiepremies in de schalen, zijn de voorgestelde loopbanen nadeliger.

3) Verloning koppelen aan de evaluaties 'zeer goed' en 'te verbeteren' is bijzonder gevaarlijk.
Hoe meet men dit? Hoe vat men kwalitatief functioneren in kwantitatieve cijfertjes?

De 'zeer goed', welke zou voorbehouden zijn voor ca 25% van het personeel, zal teamwerk heel erg hypotheceren, en zal de goede teamwerking die nu op de meeste plaatsen bestaat kapot maken.

De evaluatie 'te verbeteren', waardoor een chef de loopbaan van een ondergeschikte volleddig kan blokkeren, is heel gevaarlijk want bijzonder flue.
Is het immers geen algemene menselijke eigenschap dat iedereen steeds wel in een of ander opzicht 'verbeteringsopportuniteiten' vertoont?! (Zoniet is men al volmaakt toch?) Hoe definiëert en meet men dit?
En meet men dan niet gauw de wijze van hanteren van de meetlat ipv het te meten gegeven?

Niet onwaarschijnlijk zal men daar na verloop van tijd terugvallen tot een soort testen.
Dit dreigt algauw te ontaarden in een tijdrovend en stresserend onproductief circus, dat thans niet meer 8-jaarlijks, maar jaarlijks zal worden opgevoerd!!!

Beter is elk jaar anciënniteit evenwaardig te valideren, of dit nu 'zeer goed', 'voldoet aan de verwachtingen' of 'te verbeteren' is.
Zeker als het personeelslid in kwestie ook gevolg heeft gegeven aan het 'zich verbeteren' (en daartoe een paar 'jokers' voor zijn loopbaan meekrijgt?)

4) De loopbaan in voorstel Bogaert is een te trage loopbaan. in plaats van 3 blokken van 8 jaar, duurt het nu bijv. 2 blokken van 4 jaar + 3 blokken van 7 jaar = samen 28 jaar vooraleer men in de laatste weddenschaal komt.

5) Er valt iets te zeggen voor jaarlijkse verhogingen ipv tweejaarlijkse (biënnales).
Maar deze jaarlijkse verhogingen in voorstel Bogaert bedragen (soms aanzienlijk) minder dan de helft van de vroegere biënnales.
Bijv. In BT/BA/BF is dit nog slechts 280 €/jaar (560 €/2j), waar de huidige biënnales ca 625 à 793 à 918 € bedragen...

4)+5) Door het aantal schalen te verminderen, zou men met grotere jaarlijkse verhogingen kunnen werken.

Met kameraadschappelijke groeten
Filip Van Bever
ACOD-afgevaardigde FOD WASO
www.acodwaso.blogspot.be

3 opmerkingen:

  1. Filip,volgens mij zijn er vier periodes van 7 jaar en één van vier


    Luc

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dag Luc,
    Het laatste artikel (art.22) op p5 stelt:
    "In afwijking van artikel 21 gebeurt de bevordering in weddeschaai naar de derde schaal overeenkomstig artikeì 20 in de graden die zes schalen tellen."
    OK, doordat de artikels niet genummerd zijn, is dit niet erg overzichtelijk.
    Maar dit klopt ook met andere documentatie in doorlopende tekst die ik van de andere vakbond terugvond:
    "Indien loopbaan met 6 weddenschalen: overgang naar 3° weddenschaal volgens dezelfde voorwaarden als naar de 2° schaal"
    Mvg
    Filip

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Voor overgang naar een volgende schaal dient men bvb. 4 jaar schaalanc. te hebben + 4 maal een evaluatievermelding voldoende. In de ontwikkelcirkels stelt men dat de ontwikkelcirkel, bij een een afwezigheid van meer dan 30 dagen, opgeschort wordt, ongeacht de aard (ziekte, lbo, thematische lbo) van de afwezigheid, dus riskeer je een verlenging van de periode van 4 jaar (in voorbeeld). Als je dan bvb 3 maanden onafgebroken ziek bent zou je 3 maanden extra moeten wachten op de schaalverhoging.

    BeantwoordenVerwijderen